Wij staan voor Ons Vinkel

Wie wont doar eigenluk? - april 2020

Wie wont doar eigenluk? - april 2020

Brugstraat 32


Wè leven we toch in ’n rare tijd, de mensen lopen met een boog om elkaar heen de kroegen zijn al meer als een maand dicht en ergens op bezoek gaan is uit den boze. Mits je geen klachten hebt en met minder dan 3 personen bent. Dat laatste is essentieel voor de totstandkoming van dit verhaaltje. Ik ga altijd alleen op stap voor dit stukje, ik heb geen verhoging, hoest niet en heb geen snotneus. Kortom: ik mag op pad vur dees stukske.

 

Ik wil aanbellen op Brugstraat 32 als de deur al opengaat voordat ik de bel heb aangeraakt. Ik zag je aankomen zegt José Kooper. Kom binnen. Maar laten we wel de voorschriften volgen die ons zijn opgelegd door het r.i.v.m. En zo komt het dus dat ik ga zitten aan het ene kopeind van de tafel en José aan het andere eind. Als de hondjes na 5 minuten zijn uit gekeft en ik m’n eerste slok koffie op heb, vraag ik hoe José in Vinkel terecht is gekomen. Ik woonde 10 jaar geleden in Heeswijk en reed zowat om de dag door Vinkel om naar kennissen in Geffen te gaan. Toen zag ik hier een bordje in de tuin staan waar - te huur - opstond. Dezelfde morgen gebeld, ’s-middags gaan kijken, en ’s-avonds was het geregeld. Ik ben een aantal weken nadien in dit huis komen wonen. En ik zal je zeggen Frank, daar heb ik daadwerkelijk nog nooit 1 seconde spijt van gehad. Ik voel me hier al die tijd al thuis. Dat komt mede door het feit dat ik het zo getroffen heb met de buurt waarin ik woon. We hebben onderling goede contacten en als er iets is staan we voor elkaar klaar. Zeker in deze tijd. Aangezien er oudere mensen in m’n omgeving wonen bel ik eens wat meer rond om eens te horen of alles nog in orde is en of ik ’n boodschap moet doen. We moeten elkaar toch door deze tijd heen loodsen. En andersom is dat ook zo hè!

 

Ik woon hier met m’n 2 hondjes Rosa en Angel. Ik heb een huwelijk van 20 jaar achter me liggen en zodoende die 2 hondjes. Dan heb ik toch iets om tegen te kletsen of te vloeken begrijp je? Zoals ik al zei ben ik 20 jaar getrouwd geweest met ’n vrouw. Wij waren in 1998 het eerste lesbische stel dat in Oss trouwden. In Rosmalen, waar we toen woonde, was het niet mogelijk om te trouwen met iemand van het zelfde geslacht. Dat is nog maar 22 jaar geleden hè! Ondertussen laat José me een krantenknipsel zien waar verslag wordt gedaan van hun huwelijk. Maar het liep stuk…

 

Na een stilte probeer ik het gesprek vlot te trekken door te vragen waar ze geboren is. In Dordrecht. Daar heb ik tot m’n 13 jaar gewoond en toen kwamen m’n ouders op het idee om naar Dreischor op Schouwen- Duiveland te verhuizen. Ik heb daar nooit m’n draai kunnen vinden doordat ik in Dordrecht op de land en tuinbouw school zat en die daar niet was, kwam ik terecht op de huishoudschool zoals dat vroeger heten. Tegenwoordig heet dat vmbo. Aangezien ik altijd iets met m’n handen wou doen, begrijp je wel dat ik met ’n strijkplank en naaimachine nooit iets gehad heb. Ik heb daar 4 jaar gewoond en ben toen met m’n vader terug naar Dordrecht gegaan. Nadat ik een lelijke smak door een ruit maakte, kwam het land en tuinbouw verhaal ten einde. Ik kwam in de geestelijke en lichamelijke gezondheidszorg terecht. Echt prachtig werk was dat. Omgaan met mensen … zo mooi Frank. Maar daar kwam dan weer een eind aan door een trap van een paard! Nadat er iemand het paard liet schrikken kreeg ik dus een optater van een volbloed Arabier, Ik werd tientallen meters weg gesmeten. Botbreuken niet op een hand te tellen joh! Maar het ergste was dat ik een hartkneuzing had opgelopen. Voordat ik daar van genezen was, waren we 2 jaar verder. Ik loop sindsdien met een grote boog om ’n paard heen.

 

 

Soms ga ik naar dat Belgisch trekpaard wat op de hoek van de v Rijckevorselweg en de Nieuwekampen staat. Dan komt de eigenaar er wel bij staan want anders durf ik het echt niet. Dè is Frans de Cis. Zeg ik. Nee joh! Die man heet vd Berg! We hebben het over dezelfde, maar hier in Vinkel zeggen we tegen die familie de Cissen. José kijkt me aan alsof ik Chinees praat, maar ik leg het niet uit en vraag of ze verders nog hobby’s heeft. Jazeker het liefste wat ik doe is op m’n Piaggo mp3 mooie ritjes maken. Ik kijk haar aan zoals zij mij zojuist aankeek. Dat is een uit de klauwe gewassen scooter op 3 wielen. Voor 2 en achter dus 1 wiel. Ik rijd er samen met m’n maatje Paul het hele land door. Van Drenthe tot Texel en Maastricht. Behalve Zeeland daar kom ik liever niet. Maar daar hebben we het al over gehad toch? Ik knik bevestigend. Nou vergeet ik te zeggen dat ik ook heel graag biljart. Jij biljarten? Waar? Heb je zelf een biljart staan? of wè? Nee man, ik ga hier bij de buurman biljarten. Elke Donderdagavond samen met alleen maar mannen. Of je daarvoor moet kunnen biljarten om er bij te mogen? Als ze op de voetbalclub iedereen die niet kan voetballen wegsturen, zullen ze dan nog een elftal op de been kunnen brengen? Ik geloof er niks van. En zo is het bij de biljartclub ook. Dè klopt helemaal zeg ik, terwijl ik me aangesproken voel.

 

Dan gaat de telefoon. Ik kijk eens in m’n notities of ik genoeg heb om over te schrijven. Moet ik iets van kunnen maken denk ik bij mezelf en tegelijker tijd is het telefoongesprek alweer ten einde. Ze moet zo meteen maar terug bellen als jij weg bent. Waar waren we gebleven? Niet belangrijk zeg ik, we zijn er. Ik weet zat! Als ik bij de voordeur ben tikken we elkaars rechtervoet aan en wensen elkaar ondanks alles toch een prettig weekend toe. Ik zal blij zijn als alles weer normaal is besluit José. Ik ook en zie mensen een frietje afhalen bij haar buurman aan een geïmproviseerd luik. Andere mensen wachtend op de aangegeven stippen op de stoep om zo op gepaste afstand te blijven. Het lijkt al bijna normaal te worden. Mar dè is ’t echt nie! Hopende dat we snel weer de draad op kunnen pakken loop ik met een grote boog om de rij wachtende heen.

 

Frank

Facebook

Deze website wil gebruik maken van cookies.