Wij staan voor Ons Vinkel

Iets Aparts - september 2019

Iets Aparts - september 2019

Dit verhaaltje begint ’n jaar of 5 terug als ik bij Harry v Schijndel ben, om iets te vragen over iets wat ik nu allang weer vergeten ben. Maar mijn oog valt dan op ’n auto die bij Harry’s in de schuur staat. Wè is dè vur unne schitterende wagen joh! Dè is ’n Ford Fairlane 500 uit 1957 Frank. Die wil ik op gaan knappen. Je bedoelt restaureren Harrie? Iets of iemand opknappen is in mijn beleving iets heel anders. Je hebt gelijk. Ik ga ‘m restaureren. Dan kom ik terug ès ie kloar is. Dè doede mar is jonghe, ge hurt ’t wel.

 

Het is 7 à 8 dagen geleden dat ik Harry tegenkom in ons dorp als ik aan ‘m vraag hoe het is met de restauratie van zunnen auto. Die is nagenoeg kloar! Dan reej ik mè jouw mee noar huis en dan goan we kijken. Zo gezegd zo gedaan en enkele minuten later staan we beide te kijken naar ’n Ford Fairlane die zo uit ’n autoreclame lijkt te komen rijden. Dit is het geworden zegt Harry en kijkt me bijna vragend aan. Zo van: en? Ist iets geworden? Ik moet het even op me in laten werken, en dan zeg ik, GE-WEL-DIG. Wat heb je hier wel niet voor uren inzitten? Ik weet het niet, en het is ook niet belangrijk. Belangrijk is het resultaat, en dat mag er zijn! Val ik ‘m in de rede.

 

Ik ben zo gelukkig dat ik hier voor gekozen heb, want in eerste instantie wilde ik ’n tractor die nog van m’n vader was opknappen. Een klein Massey- Ferguson-nutje. Leek me toch niks en later dacht ik aan een Lanz-Bulldog, zoeen met dat karakteristieke geluid. Toen ik er verder over nadacht, bedacht ik me dat dat niks voor mij is. Op ’n tractor kan je maar alleen, of ’n eventuele passagier moet op ’t spatbord gaan zitten. Toen besloot ik om ’n Amerikaanse auto te kopen. Na wat rond gezocht te hebben kwam ik uit bij deze. In Nuth (Limburg) hoorde ik van mensen die gek waren van Amerikanen, dat er daar eentje stond. Dus samen met het vrouwtje er naar toe, en binnen het uur had ik ‘m gekocht. Hij was in redelijke staat. Hij liep wel niet, maar dat moest met ’n kleine reparatie te verhelpen zijn. Links en rechts wat lassen, maar dat is voor mij nooit een probleem geweest. Het enige wat tegen viel was de kleur. Zalmkeur. Zo’n smèrige misselijke kleur, witte wel! Het doel was om de auto klaar te hebben als m’n nichtje slaagde voor school. En dan zou ik haar rondrijden met 4 andere meiden op het gala zoals je dat tegenwoordig overal hebt. En dat is gelukt. Zie hier het resultaat.

Harry van Schijndel

Sommige mensen zeggen met zoiets: Het begin van het bezit, is het einde van het vermaak. Maar ik geniet er elke dag een beetje meer van joh! Kèk toch is wè mooi! Hoeveel van deze zijn er in Nederland? Ik denk ’n stuk of 10. Maximaal. Ge het echt iets aparts dus? Of zijn er nog meer van zo’n Amerikaanse auto’s in Vinkel vraag ik. Jazeker. En juist op dat moment komt Ferdy van de Berg over de Brugstraat gefietst. Als unnen dolle roep ik ‘m na en hij draait om en komt de schuur in gefietst. Wè? Ik wil iets vragen over die Amerikaan van je? Amerikaanse. Onze auto’s zijn vrouwelijk. Dan kun je er meer van genieten en ben je er lief tegen. Maar goed, heb je even, want ook ik kan de middag wel vol buurten ès we het er over onze auto’s hebben.

 

Ik heb dus ‘n Cadillac Fleetwood 60 Special. Het is ’n erfstuk van m’n moeder die ‘m in 1979 kocht van ’n kennis. Zij, en later ik, vielen beide voor haar elegante uitstraling. M’n moeder heeft er nagenoeg niks aan laten doen. Gewoon omdat het niet nodig was. In de 8 jaren die volgden, is er minimaal mee gereden. Af en toe een ritje met de familie, maar verders niets noemenswaardig. In 1988 ben ik in deze auto getrouwd, en heb m’n vrouw dus opgehaald in Domburg. (Zeeland) Daarna is de Cadillac niet meer veel op de weg geweest. De auto was toentertijd nog volledig wegenbelasting plichtig en zodoende werd af-en-toe rijden omgezet in nooit. Op feestjes werd over de Cadillac gesproken. Maar erin gereden werd er nooit! Tot de zomer van 2011. M’n kinderen begonnen te zeuren van; wanneer ze weer eens in de Cadillac konden zitten. En zo kwam het dus, dat ze vroegen of ik de Cadillac aan het rijden kon krijgen. De zoon van ’n kennis wilde wel proberen of er nog leven onder de motorkap zat. Het eerste probleem deed zich toen voor: de sleutels! Na maanden zoeken werden ze gevonden. Het is dan al oktober 2012. Nadat we wat schuurpapier tussen de contactpunten gehaald hadden, sloeg ze gelijk aan en klonk het typisch herkenbare geluid van ‘n 8-cilinder.

 

Ferdy vd Berg

 

Harry die nog altijd meeluistert begint er zelfs van te glunderen. Er gù niks boven unnen 8-cilinder. Muziek. Dè is ’t vur ons. Maar deze Cadillac had dus 24 jaar stil gestaan en liep weer binnen 10 minuten. En verders heren? Wa doen jullie nu met jullie dames? Af en toe een tourritje met andere liefhebbers. Maar alleen bij mooi weer, vult Ferdy aan, want anders blijft deze zwarte dame binnen! En poetsen hè! Er zit zoveel chroom aan, dè moete blève poetsen. Maar zeg nou zelf Frank, Vrève over de vrouw woar ge stapel op bent. Dè verveelt toch nooit? Ik geef aan dat ik daar even over na moet denken, en vraag of we ’n foto kunnen maken van beide voor in dit blôjke. Kan dè ook de zaterdagmiddag dan gif ie prachtig weer oan! Kunnen we dan ook ’n eindje gaan rijden vraag ik hoopvol. Doen we!


zaterdagmiddag 2 uur, het is prachtig weer en beide 8-cilinders staan al te ‘ronken’ als ik op de afgesproken plek kom aangefietst. Ik besluit om met Ferdy mee heen te rijden en met Harry mee terug. De Cadillac voelt als iets wat over de weg zweeft. Dit is dus wat ze bedoelen met ’n slee! Nee, ik begin er maar niet over dat ikzelf in ’n oud Corsa-tje van A naar B rijd. Raar, maar om de een of andere reden denk ik aan J.F. Kennedy. Ik hoop hierbij wel dat het niet hetzelfde met me afloopt. De weg terug met Harry in de Ford Fairlane. Aan aandacht door mede weggebruikers geen gebrek. Iedereen draait z’n nek 180 graden, als we voorbij gaan. Ook in de Fairlane gaan m’n gedachten naar vroegere tijden. Eigenlijk moet je met zo’n auto ’n grote kuif in je haren hebben, zeg ik tegen Harry. Frank ge moet nie overdrijven. Want, jij en unne kuif! Dat moet hééél lang geleden zijn. Daar kan ík mezelf niet eens meer iets bij voorstellen.

 

Frank

Facebook

Deze website wil gebruik maken van cookies.